De Lochtenbergschool - Tetelrath

De Lochtenbergschool - Tetelrath

vrijdag 14 augustus 2009

Herinnering: Kunderberg-1

Omdat ons eerste kamp in Randsdael zo goed was bevallen, hebben we ook de volgende jaren Zuid-Limburg gekozen voor ons schoolkamp. Een gebied met bossen, heuvels en riviertjes: ideaal voor speurtochten, bosspelen, waterpartijen en uitstapjes.
De nieuwe plaats was Kunrade. De camping aan de voet van de Kunderberg stond vol met caravans en vakantiehuisjes met aan de ingang een paar oude gebouwen, resten van een boerderij, waar wij met ongeveer 40 leerlingen logeerden. Het eerste jaar in Kunrade was het aantal begeleiders flink uitgebreid. Behalve vier leerkrachten en twee koks van de vliegbasis Twente die voor een week in Rheindahlen waren gedetacheerd, een sportleraar en een chauffeur, beschikten we ook over een ‘hulpmoeder met verpleegsterservaring’. Een nieuwe ervaring.
Direct na aankomst begon de zuster met de inrichting van een ziekenzaal op de zolderverdieping. Een dag later lag het zaaltje vol met vrouwelijke patiënten, die maar langzaam opknapten ondanks het gezellige sfeertje en de bezoekjes van de meisjes die nog niet ziek waren. Ook het leuke muziekje en de extra sinasappelen waarvoor de zuster zorgde maakten de meisjes niet beter.
Tijd voor Jo Pennings om het genezingsproces een duwtje te geven.

De volgende dag stond een uitstapje gepland naar het oorlogskerkhof in Margraten, de forellenkwekerij in Slenaken en het subtropisch zwembad in Gulpen. Wat jammer voor die meiden in de ziekenboeg! Nee hoor. Alle zieken beweerden dat ze aan de betere hand waren en best meekonden. En zelfs onze verpleegster dacht dat ze het met wat pilletjes uit de apotheek zouden redden en gaf groen licht. En zo vertrok een volle bus met kinderen. De reis ging eerst langs de dorpsapotheek. Het oponthoud duurde even, maar uiteindelijk verscheen de zuster met in iedere hand een plastic zak met een kilo losverpakte pillen. In de bus kreeg ik nog even een rekening van 50 gulden in de handen gedrukt wat mij een acute kramp bezorgde. Een paar kilometer verder hingen de eersten al slap in de stoelen en zag ik een bezorgde moeder die zich over een patiëntje boog. Op het oorlogskerkhof sleepten de meisjes zich, hangend aan de armen van de verpleegster, tussen de graven door naar de bus. En verder ging de reis naar de forellenkwekerij.
Op de grote parkeerplaats stonden slechts een paar auto’s. Ik ging voor in de bus staan waar ik altijd stond bij belangrijke mededelingen en vertelde de passagiers dat het mij beter leek wanneer alle zieken een paar uurtjes zouden rusten. Berustend in hun lot bleven ze achter met een leesboek, een paar sinasappelen, veel pillen en natuurlijk hun verpleegster. De overigen waren in een wip uit de bus en op weg naar de speeltuin. Nog voor de ingang ontdekten ze een kiosk om even later, likkend aan een ijsje, nog eens naar de achterblijvers te zwaaien.
Het bezoek aan de forellenkwekerij liep nog wat uit. Eindelijk terug in de bus bleek de stemming opvallend verbeterd en op mijn vraag of we nog zin hadden om de rest van de dag in het subtropisch zwembad in Gulpen door te brengen, ging een luid gejuich op van alle kinderen en zag ik zelfs onze verpleegster in de handen klappen. Urenlang vermaakten wij ons op de waterglijbaan en de andere attracties en ook de ijsjes smaakten heerlijk. Het werd hèt succes van de week en terug op het kamp kon onze kok het eten voor de ex-patiënten niet snel genoeg aanvoeren. De ziekenboeg ging op slot en de kampweek die even in mineur was, werd uiteindelijk nog een groot succes.

Ik kan me voorstellen dat jullie met twee vragen blijven zitten:

1 Wat is er met de pillen gebeurd?
2 Wie heeft de rekening betaald?

Helaas, dat weet ik nou echt niet meer…..


JP

Geen opmerkingen:

Een reactie posten